Wat is Democracity?
Tijdens een bezoek aan het gemeentehuis volgt de klas een actief programma van twee uur. In het midden van de raadszaal ligt een spelkleed van een fictieve stad waarop alleen nog maar wegen en woningen te zien zijn. Het is aan de klas om de stad af te bouwen. De spelblokken staan klaar. Tijd om samen keuzes te maken.
Een verslag van het spel
De rollen verdelen
De spelleiding is in handen van Marjolein Koning van Prodemos en Hilda van der Heide, raadslid in de gemeente Midden-Drenthe. Na een korte voorstelronde gaan we aan de slag. De leerlingen vormen vijf groepen. Per groep worden er verschillende rollen verdeeld. Zo is er de secretaris (die schrijft), de woordvoerder (die praat), de voorzitter (die zorgt dat iedereen mee kan doen, hij of zij kan heel goed luisteren) en twee partijleden of fractieleden (deze heeft veel goede ideeën en wil daar graag iets mee gaan doen). Als de rollen verdeeld zijn, is het tijd om:
- te bepalen wat we belangrijk vinden (het partijprogramma);
- een partijnaam te bedenken (het mag geen bestaande naam zijn);
- een slogan voor je partij te verzinnen (een korte enthousiaste zin).
Vijf nieuwe partijen
Nadat de leerlingen enthousiast met elkaar overlegd hebben, zijn er vijf nieuwe politieke partijen gevormd.
- ASP | Deze partij staat voor meer middelbare scholen, en meer activiteiten in dorpen en steden. ASP staat voor Activiteiten Scholen Partij.
- JZB | Deze partij vindt “dat vuurwerk moet blijven en dat er wat minder mensen uit andere landen komen en dat de boeren moeten blijven, omdat we ook eten nodig hebben.” JZB staat voor Jasper, Jana, Jacqueline, Zoë en Brian.
- MSVG | Deze partij is voor meer scholen voor gehandicapten. MSVG staat dan ook voor Meer Scholen Voor Gehandicapten.
- GIN | Deze partij vindt dat er meer geld moet zijn voor boodschappen, zorg en energie. GIN staat voor Geld Is Nodig.
- BVV | Deze partij is voor vuurwerk, “het verbod moet weg behalve in de stad”. Verder moet er meer geld naar de boeren en zijn ze voor lagere supermarktprijzen. BVV staat voor Boeren Voor Vuurwerk.
Gebouwen kiezen
Nu de partijen bekend zijn, is het tijd om gebouwen te kiezen. Op de grond staan namelijk heel veel verschillende gebouwen, die een plekje kunnen krijgen in de nieuwe gemeente. De voorzitter kiest een gebouw, de fractieleden kiezen er elk een, de secretaris kiest er een, en de woordvoerder kiest er tot slot ook een. Elke partij heeft nu vijf gebouwen uitgekozen en voor zich neergezet. Vervolgens vult elke partij een formulier in, waarop ze invullen welk gebouw er op 1 staat en waarom, welke op 2 et cetera. Maar eerst is het tijd voor een korte pauze. Na de pauze start de gemeenteraadsvergadering.
De gemeenteraadsvergadering
Marjolein zit op de plek van de voorzitter. Hilda zit naast haar, maar mag eerst het gemeentehuis een mooie plek geven op het spelkleed (de plattegrond). De andere gebouwen worden vanaf nu geplaatst door de partijen. Maar voordat we daarmee beginnen, hebben de leerlingen nog heel veel vragen voor Hilda. Die mogen ze eerst stellen.
Vragen aan het raadslid
- Hoelang zit je er al in? Ik zit ongeveer 2,5 jaar in de raad. Daarvoor was ik al commissielid Zorg & Welzijn.
- Vind je het leuk? Eigenlijk vind ik het heel leuk.
- Vind je het een aanrader voor mensen? Zeker. Je leert ervan. Je leert samenwerken. Dat is in de grote mensenwereld ook belangrijk.
- Is het moeilijk keuzes maken? Ja, heel moeilijk. Soms is het moeilijk om samen te werken. Je kunt niet je zin doordrukken. Je moet samenwerken.
- Hoeveel vergaderingen heb je al gedaan? Dat weet ik zo niet. Er wordt een keer per maand vergaderd met zorg & welzijn, en er is een keer per maand raadsvergadering. Een keer per jaar is de begrotingsvergadering, en dan zijn er nog verschillende informatieavonden per maand. En ik zit in de werkgroep kinderraad. De kinderraad komt ook een aantal keer per jaar bijeen en natuurlijk moeten we die vergaderingen voorbereiden in de werkgroep. Het aantal vergaderingen per week is dus heel verschillend. Soms heb je er drie en soms geen een.
- Heeft u als partij vijanden? Moeilijke vraag. Vijanden nee, dat hebben we niet. Nederland is democratisch. We hebben 23 raadsleden in onze gemeente. We kunnen allemaal met elkaar door een deur. We kunnen gewoon een kopje koffie met elkaar drinken. We willen allemaal het beste voor onze inwoners. We kunnen van mening verschillen.
- Waarom ben je dit werk gaan doen? Daar rol je in. Mijn schoonzus zat in de politiek. Zij vond dat ik goed kon praten en dat het net wat voor mij was. Zodoende.
- Waarom zijn er meer dan 23 stoelen? Naast de 23 raadsleden, zijn is nog de voorzitter, de griffier, en de wethouders. We hebben dus veel stoelen nodig. En dan is er nog de publieke tribune. Vergaderingen worden live uitgezonden.
- Werken jullie goed met elkaar samen?Met de andere partijen? Ik vind dat we wel goed samenwerken.
- Mijn oma is hier ook. Ze heet Gineke. Ken je die? Ja die kennen we. Dat is een hele lieve dame.
- Mogen kinderen met hun ouders naar een vergadering? Jazeker, ze zijn welkom op de tribune. Dat geldt ook voor de kinderraad. Zie voor alle info raad.middendrenthe.nl.
Het plaatsen van de gebouwen
We gaan verder met het spel. Het is tijd om de eerste gebouwen te plaatsen. Per partij kijken we welk gebouw er op 1 staat en waarom. Vervolgens worden deze gebouwen op de plattegrond gezet.
- GIN kiest voor een ziekenhuis. Voor iedereen moet voldoende zorg zijn.
- BVV kiest voor boerderijen, want zonder boeren hebben we geen eten.
- MSVG kiest de speeltuin, want ieder kind heeft recht in de speeltuin te spelen.
- ASP kiest een mbo-school. Iedereen heeft recht op school.
- JZB kiest een fabriek, voor meer vuurwerk.
Dit was de eerste ronde. Marjolein vraagt wat Hilda vindt van deze keuzes. Hilda: “De speeltuin vind ik geweldig. Een fabriek voor vuurwerk? Ik denk als jullie daar voor kiezen (democratisch), dat ie buiten het dorp moet. Dat is namelijk een heel gevaarlijk iets. Heeft ieder dorp een ziekenhuis nodig? Boerderijen liggen ook vaak aan de rand van het dorp. De school moet in het dorp. Kinderen moeten in hun dorp naar school kunnen.”
In ronde 2 vertellen de woordvoerders (per partij) welk gebouw op plek 2 staat en waarom. Hierna mogen andere partijen vragen stellen over dat gebouw. En daarna wordt er gestemd. We kijken of de meerderheid van de gemeenteraad voor de plaatsing van het gebouw is. Voor plaatsing van een gebouw heb je minstens dertien stemmen nodig (de helft plus een). Daarom heeft een raad een oneven aantal leden.
Een asielzoekerscentrum
JZB heeft op 2 een asielzoekerscentrum gezet, “wel met strengere regels”. Er worden vragen gesteld als: waar komt het azc? Waarom wil je een azc? Ik snap het en ook weer niet. Het is moeilijk om een huis te krijgen. Uiteindelijk zijn er 16 stemmen tegen. Dit betekent dat het gebouw niet geplaats wordt.
Marjolein vraagt aan Hilda of dit in het echt ook wel gebeurt. En hoe is dat? Hilda: “Dat gebeurt en dat is jammer, maar dat is het democratische in een gemeenteraad. De meerderheid beslist.”
Een bank
GIN gaat voor de bank, “want iedereen heeft geld nodig”. Dit levert de nodige vragen op: waarom? Er zijn toch al veel banken in Nederland? Hoe krijg je geld? Is er nog contant geld nodig? Wat nou als mensen geen geld hebben? Waarom kies je voor een bank? Als je geld leent, moet je extra geld betalen. Ook dit voorstel haalt het niet: er stemmen 17 tegen.
Hilda reageert: “Jullie hebben er niet goed over nagedacht. We moeten allemaal geld in huis hebben, voor als er iets gebeurt, dat hebben jullie vast wel gehoord. En altijd pinnen is niet verstandig. Je moet ook leren met echt geld om te gaan. Maar ik heb hier niks over te zeggen. Jullie beslissen.”
Een supermarkt
BVV heeft een supermarkt op 2 staan, “want het is heel duur, we willen lage prijzen. Snoep kost wel 2, 3 euro. Bijna niet te betalen. Daar maken we ons zorgen om.” Ook hier komen veel vragen op: waarom is het zo duur? Waarom wil je lage prijzen? Straks komen er te weinig mensen en gaat de winkel failliet. Zijn spullen wel goed? Krijgen mensen die het maken wel goed betaald? Er wordt gestemd: 4 tegen, de rest is voor. De supermarkt wordt op de plattegrond gezet.
Een sporthal
ASP kiest voor een sporthal, omdat iedereen recht heeft om te bewegen. Dit levert een paar vragen op: is het duur of is het gratis om er heen te gaan? Kun je niet gewoon buiten bewegen? Daar kun je ook lesgeven. Er stemmen 13 voor, en 12 tegen. De sporthal wordt dus geplaatst.
Speciaal onderwijs
MSVG gaat voor speciaal onderwijs. Iedereen heeft recht op school. Gezien de tijd, is er ruimte voor slechts een verhelderende vraag: waarom speciaal onderwijs? “Omdat er al veel normale scholen zijn.” Het voorstel wordt met 13 stemmen voor aangenomen. Het speciaal onderwijs wordt geplaatst op de plattegrond.
Marjolein sluit de vergadering: “Gefeliciteerd met een prachtig dorp, door jullie gemaakt.”
Reacties op de ochtend
Op de vraag ‘hoe vonden jullie het’ reageerde groep 7 van de Schutkampen enthousiast:
“Heel erg leuk om zo te doen met z’n allen.”
“Heel leuk, ik had het nog nooit gedaan. De microfoons waren ook leuk.”
“Grappig dat we in microfoon mochten praten.”
“Super leuk. Had het echt nog nooit gedaan.”
“Super leuk en hebben leuke dingen gedaan.”
“Het stemmen was leuk.”
Groep 7 van de Schutkampen, dank voor jullie enthousiaste deelname! En Marjolein, dankjewel dat je op korte termijn kon invallen als spelbegeleider!
